Gelijk twee bogen van ééne richting en ééndere verwen door teedere wolken zich ronden, wanneer Juno het harer dienstmaagd, Iris, gelast, terwijl van dien van binnen die van buiten geboren wordt, naar de wijze van het spreken van die verliefde, de nimf Echo, wie liefde deed vergaan gelijk de zon de dampen doet vervliegen; en die hier de menschen doen weten dat volgens het verbond door God met Noach gesloten, de wereld nooit weder onder water zal geraken: aldus s van die eeuwigbloeiende rozen draaiden zich de twee slingers rondom ons, en zóó beantwoordde de buitenste aan den binnensten. (Boeken, Canto 12, vs 10-21)
De kruiszang met de vorige canto. Het verhaal van de tweede prins van de dienende heiligen, Dominicus loopt gedeeltelijk parallel vol met tegenstellingen. De westenwind hier versus de zon die bij Franciscus in het oosten opkomt.
Draaiende molensteen
Ook hier kies ik voor de opening met de vergelijkingen als fragment. De draaiende molensteen en de regenbogen die zich om elkaar ronden, komen voorbij voordat Bonaventura het woord tot zich neemt. Alles buitelt om elkaar heen. Binnenste buiten, buitenste binnen. De tweede ring met heiligen presenteert zich aan Dante.
Een schitterende schittering van schoonheid en fonkelingen tref je hier in dit deel van de hemel. Er ontstaat een dans van rozen, zang, gloed en weerschijn. Dit is de hemel waarin Dante is. Hij ziet en hoort het verhaal over Dominicus aan. Hoe sterk het gelijk opgaat met het verhaal van Franciscus.
Tuinman Dominicus
'Zij strelen zij aan zij', vertelt Bonaventura. Zelfs in het heiligenleven maakt de verteller treffende vergelijkingen. De zee - 't gebeuk van golven - en de vergelijking met Gods tuin waarin Dominicus als tuinman mooi werk verzet.
De hovenier van Christus is Dominicus in de tuin van God. De vergelijking met tuinieren zet door. Dankzij hem is het vervelende onkruid uit de tuin van God geweerd.
Ringen en wielen
De ringen en wielen komen ook aan het einde van de canto terug. Voor Bonaventura zijn Franciscus en Dominicus de 2 wielen aan de strijdkar. Hier spreekt Bonaventura zijn zorgen uit over de mensen die snel verdwalen en de weg kwijtraken. Het spoor van de strijdwagen wordt snel veroverd door schimmels en andere dodelijke parasieten.
Daarna somt de verteller alle mensen die zich om de heilige hebben geschaard. Een heilige ring die een goed wapen is tegen al die dodelijke en woekerende schimmels.
de bogen buigen
alle kleuren om de zon
hemelse molen
Literatuur
De hier gebruikte vertaling is van H.J. Boeken uit 1910. Er zijn vele vertalingen van Dantes meesterwerk in het Nederlands verschenen. Ik varieer de citaten uit de vertalingen die ik bezit in boekvorm of digitaal.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten