dinsdag 28 maart 2023

Terugblik: Paradijs: Canto 22

Ik blikte omlaag door alle zeven sferen,
en toen ik de aardbol zag heel in de diepte,
zo klein en zo gering, glimlachte ik even.

En loof ik hem, die al het goed der wereld
voor niets beschouwt; 'n wijze is in mijn ogen
hij die met ziel en zinnen streeft ten hemel. -

Latona's dochter zag 'k in gloed ontstoken,
vrij van de vlekken, die mij oorzaak waren,
dat ik eens dacht aan ijle en dichte stoffen.

En, Hyperioon," bier kon ik verdragen
't licht van uw Zoon; en 'k zag hoe zich bewogen
rondom hem en dichtbij, Dione en Maja.

En ook verscheen mij tussen Zoon en Vader
de milde Jupiter; en 't werd mij helder,
hoe wij omlaag hun plaats vaak zien verandren.

En alle zeven deden zij me blijken,
hoe groot ze zijn en met wat spoed ze wentlen
en welk 'n afstand alle houdt gescheiden. (Kops, canto 22, 133-150)

In de hemelsfeer van Saturnus ontmoet Dante de oprichter van de benedictijnerkloosters, Benedictus van Norcia. De man moppert over de teloorgang van het kloosterleven in de tijd van Dante. 

Roversholen

De kloosters zijn roversholen geworden waar de pijen van monniken, zakken zijn geworden om meel te dragen. De nederigheid waarmee hij en vele anderen zijn begonnen, is verruild voor hebzucht en begeerte. Terwijl alles wat de kerk toebehoort, van de armen is. 

Een goed voornemen op aarde is sneller weg dan dat een kiemende eikel erover doet om een vruchtdragende boom te worden. Een prachtige vergelijking van de kloostervader.

De ladder op

Benedictus vertelt Dante ook waar de ladder hem zal brengen: in de sfeer van de sterren. Daarom kan hij het einde niet zien. Dante straalt helemaal uit dat hij de ladder wil gaan bestijgen. Een wenk van Beatrice is genoeg om haar achterna te gaan omhoog. 

Ondanks zijn sterfelijkheid merkt Dante dat hier alles goed kan zien en volgen. Zijn leidsvrouw vertelt hem dat hij zo dicht bij God is, dat zijn blik aan helderheid en scherpte wint.

Uitzicht

Daar bovenaan de ladder hebben ze een uitzicht, waar menig ruimtereiziger jaloers op zal zijn. Dante ziet de aardbol. Inderdaad een bol. Van Cicero heeft Dante geleerd dat de aarde rond is en als een bol door het heelal zweeft. Hij ziet de maan bij de aarde, zonder de vlekken die hem eerder opvielen. Ook ziet hij de andere planeten en sferen waar hij net geweest is: saturnus, jupiter, mars, de zon, venus en mercurius.

Een ruimtelijke blik meer dan 6 eeuwen voor een mens in de ruimte is geweest.

de laatste trede
geeft het uitzicht overzicht
hoe kwetsbaar wij zijn

Literatuur

De vertaling hierboven is van C. Kops uit 1930. Er zijn vele vertalingen van Dantes meesterwerk in het Nederlands verschenen. Ik varieer de citaten uit de vertalingen die ik bezit in boekvorm of digitaal.

dinsdag 21 maart 2023

Trap: Paradijs: Canto 21

En in 't kristal , dat draait om 's werelds rijken,
En dat den naam draagt van zijn dierbren heere,
Wiens leiding alle boosheid deed bezwijken,

Ontwaar ’k, van goud, bestraald met licht dier sfere,
Een ladder, die zoo hoog is opgeheven,
Dat vrucht'loos zich mijn oog naar boven keere.

Ook zie ik zulke glansen neder zweven,
Zijn treden langs , dat 'k dacht dat alle lichten
Des hemels daar bijeen gestort verbleven.

Gelijk de kraaien al te zaâm, door 't zwichten
Voor haar natuurdrang, om de koude veeren
Te warmen, klepprend zich naar 't daglicht richten;

Dan dezen weg gaan om niet meer te keeren,
En genen weder naar hun rustplaats zwieren,
Nog and'ren blijven en een kring formeeren,

Zoo scheen mij 't zwermen hier der lichtstaffieren,
Wanneer zij zamen daagden, tot ze een trede
Zich ieder kozen om er heen te stieren. (Bohl, canto 21, vs 25-42) 

Dante is zonder het te merken een sfeer hoger gekomen. Beatrice heeft hem gebracht in de sfeer van Saturnus. Het is de 7e hemel en ze zien hier een trap naar de hemel reiken. De trap is van goud, merkt de verteller op.

Lichttrap

Het beeld van de lichttrap naar de hemel, doet meteen denken aan de droom van Jacob die een ladder naar de hemel ziet. Zodoende heet het licht van de zon tussen de wolken naar beneden of omhoog ook jakobsladders. Vooral een jakobsladder die uit een wolk omhoog schijnt is prachtig om te zien. Het geeft extra hoop dat er meer is tussen hemel en aarde.

Ook bij Dantes reis door de hemel speelt het licht van de zon een belangrijke rol. En de vele zielen stralen ook allemaal. Het licht imponeert Dante terwijl hij de trap bestijgt met Beatrice. Overal vliegen zielen en de serafijnen.

Cirkelende lichten

De lichten draaien mooi om de sporten van de ladder, beschrijft de verteller. De vele zielen maken rondtrekkende bewegingen om Dante heen. Hij mag van Beatrice zijn vraag stellen aan een rondcirkelende ziel. Deze begint nog meer te draaien. De perfecte verwijzing naar de ringen die de planeet Saturnus om zich heen heeft draaien.

Dante vraagt zich af waarom hier niet gezongen of gelachen wordt. Heerst hier dan geen vrolijkheid? Het antwoord van de ziel is duidelijk: een sterveling als Dante kan het geluid van het zingen en lachen helemaal niet aan. Daarom hebben ze zich hier allemaal in stilzwijgen gehuld.

oneindig ver hoog
rijgen draaiende zielen
wolkjes goud aaneen

Literatuur

De hier gebruikte vertaling is van J. Bohl uit 1884. Er zijn vele vertalingen van Dantes meesterwerk in het Nederlands verschenen. Ik wissel de citaten af uit deze vertalingen.

dinsdag 14 maart 2023

Pratend oog: Paradijs: Canto 20

En gelijk 'n geluid aan den hals van den cither
zijn klanking krijgt en de wind, die er in blaast,
aan de opening van de schalmei;
Aldus, zonder vertoef te dulden,
steeg dit gemurmel bij den arend
naar boven door zijnen hals, als waar die hol.
Daar vormde het 'n stem en kwam vandaar voort
langs den bek in den vorm van woorden,
zooals het hart die verwachtte, waarin ik ze grifte.
"Dat deel van mij, dat ziet en de zon verduurt
bij sterfelijke arenden, begon het mij,
moet gij nu zorgvuldig bezien.
Want van de vuren, waarmee ik mijn gestalte beeldde,
zijn die, waar 't oog in mijn hoofd van schittert,
de hoogsten van al hun rangen
Hij, die in 't midden als oogappel blinkt,
was de zanger van den Heiligen Geest,
die de ark overbracht van stee tot stee." (Van Delft, canto 20, vs 22-39)

De adelaar van de vorige canto is nog steeds bij Dante. De verteller vergelijkt wat er nu gebeurt met de hals van de luit waarin het geluid vormt. Het blaast er uiteindelijk uit zoals aan het uiteinde van de schalmei. De enorme roofvogel begint te praten. 

Diep in het oog

De dichter kijkt het dier diep in een oog aan. De vogel is met een kant naar hem gekeerd. Een roofvogel kijkt met elk oog een eigen kant op. Bovendien geloven de mensen in Dantes tijd is de adelaar een heilig dier. Het kan tegen de zon in kijken zonder verblind te raken.

In het oog zitten 6 zielen verscholen. In de pupil zit de Joodse koning David. De 5 anderen vormen de boog onder de wenkbrauw, zegt het oog tegen Dante. Het zijn geen onbekenden: keizer Trajanus, Ezechias, keizer Constantijn de Grote, Willem II van Hauteville en Ripheus van Troje. Een bijzondere mix van 'gelovigen' en 'ongelovigen'.

Leeuwerik

De vergelijking met de leeuwerik vind ik een treffende vergelijking in deze canto. Het is een bijzondere vogel die in zijn liefdeszang hoog naar de hemel klimt en zich al zingend zo tot een paar 100 meter naar beneden laat vallen. Zoals de leeuwerik omhoog klimt, zo raakt ook Dante bevangen van de liefde van God.

Het onderwerp sluit mooi aan bij de discussie die hij in het vorige vers oproept. De verteller neemt hier best een afwijkend standpunt in, maar wel voorzichtig. God kan ook de heidense en ongelovige zielen redden in zijn oneindige goedheid.

Vroeger of later

De adelaar zegt hem dat deze vermeende heidenen weldegelijk in Hem, die aan het kruis hing. Niet altijd in lijn met de menselijke tijd is dat gebeurt. Sommigen waren later, anderen veel eerder. Er zijn helden die al voor Jezus' komst vervuld zijn van zijn verlossing. 

Overigens is het een heel handige zet van de schrijver Dante om vooral zijn personages deze dingen te laten zeggen. Zoals de adelaar die hier spreekt. Een van vele duizenden zielen samengesteld wezen, met 6 koningen in 1 oog.

uit de lange hals
snateren de woorden los
de koning knipoogt

Literatuur

De hier gebruikte vertaling is van A.J.H. van Delft uit 1921. Er zijn vele vertalingen van Dantes meesterwerk in het Nederlands verschenen. Ik varieer de citaten uit de vertalingen die ik bezit in boekvorm of digitaal.

dinsdag 7 maart 2023

Sprekende adelaar: Paradijs: Canto 19

Er is geen licht dat niet uit klaarte komt
die nooit betrekt. Eer is er duisternis
of schaduw van het vlees of zijn venijn.

Zeer ver is jou de schuilplaats nu geopend
die levende Gerechtigheid verborg
voor jou, waarnaar jij zo vaak hebt gevraagd.

Want jij zei steeds: 'Als aan het Indusstrand
een mens geboren wordt waar niemand is
die over Christus spreekt of leest of schrijft,

en alles wat hij wil en doet is goed,
zover 't verstand der mensen dat kan zien,
in woorden of in daden zondenloos,

die sterft zonder geloof en zonder doop, waar is
dan de gerechtigheid die hem verdoem
waar is dan de schuld, als hij 't geloof niet heeft?'

En wie ben jij, die op de stoel wilt zitten
om recht te spreken vanaf duizend mijl
met blik kort als de spanne van een hand? (Jansen, canto 19, vs 64-81)

De adelaar die is samengesteld van lichtende zielen begint tegen Dante te spreken. Hij is hier in de hemelsfeer van Jupiter. De adelaar is een uiterst mystiek dier. Zo hoog als hij weet te vliegen, brengt hem dichter bij God dan de mens. 

De adelaar staat dichtbij de zielen van de overledenen. Het maakt hem tot een mystiek wezen. Hij is daarmee een intermediair tussen God en de mens. Voor Dante is het de stem uit het hiernamaals die hij hoort spreken tot hem.

Warme gloed

Ook hier hanteert de verteller weer een vergelijking met het vuur. De gloeiende kolen op het vuur geven niet ieder een losse warmte, maar vormen samen een warme gloed om aan te warmen.

De adelaar spreekt als 1 persoon tot Dante. De duizenden zielen waaruit hij bestaat, worden tot 1 wezen. De adelaar haalt hier een lastig onderwerp aan. Veel gelovigen worstelen met deze vraag: hoe moet het eigenlijk met de mensen die zo ver weg wonen, zoals aan de rivier de Indus in India. 

Gered

Zijn deze mensen wel gered? Ze kennen immers Jezus en zijn zaligmakende evangelie niet. Voor Dante is dit het uiterste puntje van de wereld. Die mensen weten van God noch gebod. Hoe moet dat verder met hen?

De adelaar bedient zich hier van een heel sterk mechanisme om de vraagt te beantwoorden. Hij stelt een vraag terug. Waarom vraag je dit? Hoe durf je te vragen, jij kleine snotkietel. Je bemoeit je met iets waar je geen verstand van hebt. Hoe kun je van duizenden kilometers afstand oordelen over deze mensen terwijl je invloed niet verder reikt dan je hand?

de adelaar vliegt
over mij hoog in het zwerk
klein nietig wezen

Literatuur

De hier gebruikte vertaling is van Herman Jansen uit 2021. Dit is de laatst verschenen vertaling in het Nederlands. Er zijn vele vertalingen van Dantes meesterwerk in het Nederlands verschenen.

dinsdag 28 februari 2023

Hoe hoger hoe mooier: Paradijs: Canto 18

Ik wende mij toen rechts, om Beatrix,
door haar woorden of gebaren,
te vernemen wat mijn plicht was.
En ik zag haar oog zo zuiver en zo blijdzaam,
dat haar aanschijn al het andere en haar eigen
vorig aanschijn overtrof.
Zoals de mens, van dag tot dag meer
vreugde smakend in het oefenen van het goed,
bemerkt dat zijn deugd vooruitgaat,
Zo bemerkte ik aan het schoner worden
van dat wonder, dat mijn wenden,
samen met de hemel, groter was van omtrek.
En zoals het aanschijn van een vrouw,
dat van de last der schaamte ontlast wordt,
in een ogenblik van rood tot wit weer wordt,
Zo verscheen zij in mijn ogen, door de zachte
glans der zesde ster, die wit is en ons in haar
schoot ontvangen had. (Haghebaert, Canto 18, 52-69)

Dante luistert naar het vervolg van het verhaal van zijn bet-overgrootvader Cacciaguida. Het gaat over wie hier nog meer allemaal zijn in deze hemelsfeer van Mars. Hij hoort van Karel de Grote, Jozua en Godfried van Bouillon. Allemaal mensen die hebben gestreden voor het geloof.

Als zijn verre voorvader uitgesproken is, keert hij terug naar het koortje dat aan het zingen is. Er klinkt een loflied tot God en Dante kijkt naar Beatrice. Hij ziet al kijkend naar haar dat ze steeds mooier wordt. Hij raakt betoverd door haar schoonheid.

Andere hemelsfeer

Met toenemen van Beatrices schoonheid komen ze weer in een andere hemelsfeer: die van jupiter. De verteller schrijft over de schoonheid van Beatrice in de vorm van witheid. Hij vergelijkt het hoe ze als ze ongesteld is geweest weer wit wordt. Hier schuilt ook de reinheid en misschien ook wel de vruchtbaarheid.

Het is de vergelijking met de kleuren van de planeten Mars en Jupiter, rood en wit. Een mooi poëtisch effect dat de verteller hier oproept. Net als de verwijzing naar de vrouwelijke schoot. Elementen die bij Jupiter horen, de vonken van de liefde die telkens toenemen hoe hoger Dante met Beatrice komt. Zij is voor hem de graadmeter. Zij spreekt de taal die hij verstaat. Onontbeerlijk hier in de hemel als sterveling.

Adelaar

Ook hier vergelijkt Dante het licht met opspattende vonken van het vuur. Zijn het in de eerdere canti de opspattende vonken in het gloeiende vuur. In dit deel van de hemel gaat het er wat ruiger aan toe. Uit de presentatie van de letters vormen de zielen met hun lichtjes samen een adelaar.

je ziet haar ogen
glinsteren voor wat er komt
steeds een tint voller

Literatuur

De hier gebruikte vertaling is van Haghebaert, herzien en ingeleid door Rob Antonissen in 1947. Er zijn vele vertalingen van Dantes meesterwerk in het Nederlands verschenen. Ik wissel de citaten af uit deze vertalingen.

dinsdag 21 februari 2023

Blik in de toekomst: Paradijs: Canto 17

De glans waar ik mijn schat in mocht ontdekken
Glimlachte, daarna met een luister schijnend
Als zonnestralen in guldspiegel wekken; 

Zei dan: 't Geweten, in een walm verdwijnend
Die rijst uit eigen of uit andrer breuken,
Vindt zonder twijfel uw ervaring schrijnend. 

Nochtans, laat leugen niet uw uiting kreuken:
Volledig moet ge uw schouw in woorden groeven;
En krabben moog' zich elk waar 't hem zal jeuken. 

Want zoo uw spreken bij het eerste proeven
Pijnlijk zal zijn, zoo zal wie het verteerde
Geen beter voedsel voor zijn geest behoeven. 

Uw kreet drukt als de wind de toppen neer, de
Hoogste, die heel lang stegen eer ze vielen;
En daarom roemt me' u: zie hoe hij zich eerde. 

Daarom vertoonden zich in deze wielen
En op de berg en in de donkre holen
U heel geen andre dan beroemde zielen; 

Want hoorders willen niet naar reednen dolen
Of voorbeelden die, aan een plant gelijkbaar,
Hun wortels hebben lichtloos en verscholen, 

Noch naar bewijzen onklaar en onblijkbaar. —  (Verwey, canto 17, vs 121-142)

De verteller speelt hier een fijn staaltje vertellerskunst. Dante vraagt namelijk aan zijn verre voorvader of hij iets kan vertellen over de toekomst. Cacciaguida kan zoals anderen in de hemel vooruit kijken. Het besef van tijd is weggevallen in de hemel. Daarom kan Dantes bet-overgrootvader iets zeggen over wat er met Dante gebeurt in de toekomst.

Het spel is wel heel geraffineerd. Zeker omdat het boek zo oud is dat je vergeet dat het werk speelt in het jubeljaar 1300, terwijl dit laatste deel het Paradijs pas in 1321 verschijnt. Zo kan de verteller spelen met de toekomst van Dante.

Verbanning

De Goddelijke komedie verschijnt na Dantes verbanning uit Florence. Het verdriet van deze verbanning is voor de schrijver Dante wel een enorme drijfveer geweest om dit werk uit te brengen. De oproep van zijn voorvader voert dit spel verder door. 

Cacciaguida drukt Dante op het hart om wat hij hier nu meemaakt in het hiernamaals verder te vertellen. Vertel het door. Wat daarbij extra helpt is dat de mensen die de verteller Dante in zijn verhaal opvoert allemaal bekenden zijn. Daarmee sluit het goed aan bij de beleveniswereld van de lezer.

Na 700 jaar

Wat de schrijver Dante niet had durven hopen is dat het boek 7 eeuwen later - inderdaad 700 jaar later - nog altijd ongekend populair is. De Divina Commedia geldt als een meesterwerk van de westerse wereldliteratuur. Over de hele wereld zijn er mensen geraakt door dit boek. Mensen zijn geïnspireerd en maken muziek, verhalen, gedichten, schilderijen. 

Ze ontwerpen zelfs schoenen allemaal omdat de Goddelijke komedie ze zo weet te raken. Dit heeft zelfs Cacciaguida niet in de gaten. Daar valt de verteller ook door de mand. Misschien had Dantes verre voorvader beter kunnen waarschuwen niet teveel naast zijn schoenen te lopen en dicht bij zichzelf te blijven.

Bij de kladden

Heel veel namen zijn ons nu niet meer bekend en toch grijpt dit boek zo velen bij de kladden. Daarom klopt het niet helemaal wat Cacciaguida vertelt. De kracht van dit meesterwerk zit hem niet in de namen, maar wel in de daden. En boven alles in het leed dat door alle naden en kieren van dit boek sijpelt.

de voeten stappen
uit het hete hellevuur
zo richting hemel

Literatuur

De hier gebruikte vertaling is van Albert Verweij uit 1923. Er zijn vele vertalingen van Dantes meesterwerk in het Nederlands verschenen. Naar believen wissel ik de citaten af uit deze enorme hoeveelheid vertalingen.

dinsdag 14 februari 2023

Het oude Florence: Paradijs: Canto 16

'Beminde eersteling van mijn geslacht,
vertel me wie ú voorging, welke jaren
men schreef ten tijde van uw vroege jeugd.

Wil mij vertellen van Johannes' schaapskooi:
hoe groot die was, en welke mensen toen
daarin de hoogste zetels machtig waren.' 

Zoals, bij 'n windzucht, in het vuur ineens
een kooltje opgloeit, zo zag ik dat het licht ook
prompt helder worden toen 'k zo innig sprak.

Maar niet alleen bood hij een schoner aanblik,
zijn stem klonk milder ook, die zacht begon
(maar hij sprak zo als wij nu niet meer spreken): (Brouwer, Canto 16, vs 22-33)

Dante vraagt zijn bet-overgrootvader Cacciaguida om te vertellen over het Florence van zijn jeugd, bijna 2 eeuwen eerder. Johannes' schaapskooi verwijst naar Johannes de Doper, de beschermheilige (herder) van de stad. De beschrijving die dan volgt over de tinteling in de ogen van zijn verre voorvader, de vader van zijn overgrootvader.

Kooltje in het vuur

Van zo'n vergelijking, dat Cacciaguida's ogen beginnen te tintelen zoals de kooltjes van een vuur dat zachtjes smeult oplaaien bij een zuchtje wind. zijn verre voorvader vertelt Dante het verhaal van het Florence uit zijn jeugd. Het zijn meteen de verhalen van de stad die ontbranden.

De liefde voor Florence en het verdriet om voor altijd verbannen zijn uit zijn geboortestad, is wel hét Leidmotief in de Goddelijke komedie. Kregen in de Hel nog heel veel Florentijnen ervan langs. De verteller gebruikt het onderliggende verdriet goed om in zijn voordeel God allerlei mensen te laten veroordelen. Bijna tot op het niveau van de frustratie.

Liefde voor Florence

Hier gebeurt dat niet. Hier spreekt de liefde voor een stad uit. De mensen die er wonen, komen uitvoerig voorbij. Ook de geschiedenis hoe het allemaal is geworden tot wat het nu is. Daarbij spreekt ook minder de wroeging zoals die in de hel wel naar voren komt. 

Cacciaguida zegt dat het met het geld net zo gaat als met eb en vloed. Het water komt en gaat. Soms bedekt het een stukje van het strand, andere keren moet dat stuk strand water ontberen. Zo schuift de macht ook tussen de families door.

En dan mag je misschien last hebben van die arrogante clan die nu heerst, het is als met een draak. Zodra je je tanden aan hem laat zien, wordt hij zo mak als een lammetje. 

de rivier verbindt
aderen van vaderen
stromen verleden

Literatuur

De vertaling hierboven is van  Rob Brouwer uit 2002. Er zijn vele vertalingen van Dantes meesterwerk in het Nederlands verschenen. Ik varieer de citaten uit de vertalingen die ik bezit in boekvorm of digitaal.

dinsdag 7 februari 2023

Kruis van licht: Paradijs: Canto 15

Gelijk langs 't reine en rustig hemelvlak
Een vuurstraal plotslings heenschiet nu en dan,
Het oog dat achtloos rondziet tot zich trekkend,

En ons een ster schijnt die van plaatse wisselt,
(Schoon op het punt waar hij ontstoken werd
Niet een gemist wordt en hij kort slechts duurt):

Dus schoot er ook van d' arm die rechts zich uitstak
Een lichtvonk af tot aan den voet van 't kruis,
Uit 't sterrenbeeld dat daar zijn schittering toonde.

Doch zie, 't juweel ontviel de omvatting niet,
Maar ging den kruisarm langs en scheen een vuur,
Dat achter het albaster zich beweegt. (Kok, Canto 15, vs 13-24)

Op de torenspits van de neogotische Laurentiuskerk in Weesp prijkt een immens neon-verlicht kruis. Het is in de wijde omtrek te zien. Vanuit de trein hoef je er helemaal geen moeite voor te doen om het te zien. Je kunt het verlichte kruis uit 1956 mooi vinden of lelijk, het past zeker niet bij de bouwstijl van de kerk.

Groen neon-kruis

Het is een geschenk van de parochianen een hun toenmalige pastoor Dr. Van der Lugt. Het lichtbaken in groen neonlicht diende de kerk extra zichtbaar te maken voor passanten. Het plan om het rood te laten lichtten, strandde omdat de kerk dalende vliegtuigen voor Schiphol zou kunnen verwarren.

Een aantal jaren terug was de toren in oude luister hersteld en brandde het kruis weer. Niet lang, want het noodlot sloeg toe: de toren stond in vuur en vlam. Een paar jaar geleden is de hele kerk weer opgeknapt met als sluitstuk: het neonkruis.

Lichtstralen

Ik moet eraan denken bij het lezen van de 15e canto. Dante en Beatrice zien in de lichtstralen de vorm van een kruis tevoorschijn komen. Onderaan het kruis bengelt een bekende van Dante, zijn bet-overgrootvader Cacciaguida. Zijn zoon heeft Dante gezien in de eerste omgang van de Louteringsberg. De sfeer van Mars bestaat uit de zielen van mensen die hun leven hebben gegeven voor het geloof.

Zo ook met Cacciaguida. Hij vecht mee met een kruistocht naar het beloofde land. Waarschijnlijk de 2e. Zijn bet-overgrootvader vertelt dat hij daar ten prooi viel aan het 'laaghartige volk' van ongelovigen die de wet van Mohammed aanhangen. Dat martelaarschap heeft hem hier gebracht.

het licht uit het kruis
straalt een vlucht martelaren
de dood voor geloof

Literatuur

De hier gebruikte vertaling is van A.S. Kok uit 1864. Er zijn vele vertalingen van Dantes meesterwerk in het Nederlands verschenen. Ik varieer de citaten uit de vertalingen die ik bezit in boekvorm of digitaal.

dinsdag 31 januari 2023

Hoger sfeer: Paradijs: Canto 14



Gelijk de einder bij het ochtendklaren
Werd plotseling de kring door licht omlijnd
Waarvan de kracht zijn glans kon evenaren.

Zoals des avonds, als de zon verdwijnt,
Reeds hier en daar een ster wordt waargenomen,
Soms zo onscherp dat zij een droombeeld schijnt,

Zo zag ik lichten uit de ruimte komen
En zachtjes deinend in een grote kring
Rondom de beide geestenkransen stromen.

O door de Geest verleende fonkeling!
Zij was te fel voor mijn gezichtsvermogen:
Ik boog mijn hoofd voor deze schittering.

Toen kreeg ik Beatrice in het oog, en
Zij was zo mooi en blij dat deze keer
Haar beeld mij niet gevolgd is, maar vervlogen.

Haar aanblik gaf mij toen de kracht om weer
Omhoog te kijken: ik was opgeheven
Met mijn geliefde naar een hoger sfeer. (Cialona en Verstegen, canto 14, vers 67-84)

Aan het begin van deze canto zijn Dante en Beatrice nog in de sfeer van de zon. Hij ontmoet de grote koning van het Verenigd Koninkrijk Israël: Salomo. Hier krijgt Dante een stukje theologie uitgelegd over de goddelijke genade. Gedreven door het licht en vuur van God bereikt de ziel de opperste gelukzaligheid. Alle zalige zielen die zich rond Salomo hebben verzameld, beamen zijn verhaal.

Dan ziet Dante hoe het licht verandert. De vergelijking met de zonsopkomst en daarna de zonsondergang. Het bijzondere natuurverschijnsel dat mij elke dag weer verbaasd. Hoe het licht langzaam opkomt en 's avonds weer verdwijnt. De sterren zijn eerst heel vaag te zien. Het lijkt wel of je even je bril moet opdoen om ze beter te kunnen zien. Het schijnsel versterkt en uiteindelijk zie je het luid en duidelijk.

Schittering

Dat gebeurt hier ook. Dante kan al het licht dat hier heerst, niet vatten. Hij wendt zijn gezicht af van al de schittering die om hem heen hangt. Dan is Beatrice zijn begeleider. Ze helpt hem om al die goddelijke genade aan te kunnen. Een sterveling kan de hoeveelheid licht die hier schijnt, niet vatten. Dante kijkt aandacht naar Beatrice.

Ze is weer mooier geworden. Ze ziet er elke hogere hemelsfeer nog mooier uit. En dat zijn ze ook. Ze zijn nu in de sfeer gekomen van Mars. Bijzonder hoe Dante al deze ruimtereizen weet te vatten in zijn verhaal. Het is eigenlijk pure Fantasy en Science Fiction die hij hier bedrijft.

Sfeer van Mars

De sfeer van Mars treft de verteller weer heel mooi. Hij verwijst naar de melkweg en de tintelende lichten. Alle hemellichamen bewegen zich mooi in hun eigen banen. De verteller vermengt de wetenschap met het geloof. Hij vergelijkt het met de stofdeeltjes die je ziet dwarrelen door het binnenvallende zonlicht. Zo ziet de verteller alle hemellichamen dwarrelen door het uitspansel, maar toch zit er een regelmaat in.

haar ogen lichten
op wat strakjes komen gaat
hemels genoegen

Literatuur

De hier gebruikte vertaling is van Ike Cialona en Peter Verstegen uit 2013, 1e druk is van 2000. Er zijn vele vertalingen van Dantes meesterwerk in het Nederlands verschenen. Ik citeer naar hartenlust uit de vele vertalingen die ik in boekvorm of digitaal bezit.

dinsdag 24 januari 2023

Oordeel niet te snel: Paradijs: Canto 13


"Zij niemand in zijn oordeel ooit vermetel 
zoals de man, die 't koren op 'n akker
te schatten weet, voordat het rijp mag heten.

Want zag ik niet, hoe eerst in heel de winter
de dorenstruik niets droeg dan harde stekels
en later toch zijn kruin met rozen sierde?

Ook zag ik wel, hoe op het wijde water 
'n schip de ganse reis voorspoedig zeilde
en toch verging bij de ingang van de haven.

Laat "vrouwe Berte" en "heer Martien" nooit menen,
als ze een zien offren en 'n ander stelen,
dat ze ook in 't boek van Gods geheimen lezen:

want deez' kan opstaan en die ander vallen." (Kops, canto 13, 130-142)

Nog altijd in de sfeer van de zon raakt Dante opnieuw in gesprek met Thomas van Aquino. Het kost wel wat moeite, eerst krijgt Dante een complete lichtshow met allemaal ronddraaiende kransen die de verteller van de ene metafoor in de andere brengen. 

Klassieken

Een waar spel met klassieken, bijbelverhalen en helden uit de geschiedenis. Voor de verteller loopt dat allemaal door elkaar. Het geeft het plezier om dit boek te lezen.

Dante krijgt een boeiend relaas van deze Middeleeuwse filosoof. Na een filosofische gedachtenspinsel over de Idee en het licht, komt Thomas van Aquino tot de opmerking: oordeel niet te snel.

Zelfvertrouwen

Laat je niet te snel leiden door je zelfvertrouwen. Je kan er namelijk goed naast zitten. Het graan op de akker mag dan rijp lijken, je kan er ook te vroeg mee zijn en dan is het niet te gebruiken. Net als dat een struik in de winter zo dood als een pier lijkt, maar in de zomer rijkelijk overladen is met prachtige bloemen. En het schip is pas gearriveerd als het veilig en wel in de haven is. Hoe vaak gebeurt het niet dat met de haven in zicht een schip met man en muis vergaat?

Daarom kun je misschien denken dat iemand steelt. Het hoeft niet zo te zijn. Net als dat het lijkt dat iemand een offer brengt. Je weet niet altijd alles om een goed oordeel te kunnen geven. Zo kun je over de beslissingen die God neemt ook niet altijd oordelen.

vanuit de hoogte
werpt ook de zon schaduwen
verlicht bedriegen

Literatuur

De vertaling hierboven is van C. Kops uit 1930. Er zijn vele vertalingen van Dantes meesterwerk in het Nederlands verschenen. Ik varieer de citaten uit de vertalingen die ik bezit in boekvorm of digitaal.

dinsdag 17 januari 2023

Regenbogen: Paradijs: Canto 12

Gelijk twee bogen van ééne richting en ééndere verwen door teedere wolken zich ronden, wanneer Juno het harer dienstmaagd, Iris, gelast, terwijl van dien van binnen die van buiten geboren wordt, naar de wijze van het spreken van die verliefde, de nimf Echo, wie liefde deed vergaan gelijk de zon de dampen doet vervliegen; en die hier de menschen doen weten dat volgens het verbond door God met Noach gesloten, de wereld nooit weder onder water zal geraken: aldus s van die eeuwigbloeiende rozen draaiden zich de twee slingers rondom ons, en zóó beantwoordde de buitenste aan den binnensten. (Boeken, Canto 12, vs 10-21) 

De kruiszang met de vorige canto. Het verhaal van de tweede prins van de dienende heiligen, Dominicus loopt gedeeltelijk parallel vol met tegenstellingen. De westenwind hier versus de zon die bij Franciscus in het oosten opkomt. 

Draaiende molensteen

Ook hier kies ik voor de opening met de vergelijkingen als fragment. De draaiende molensteen en de regenbogen die zich om elkaar ronden, komen voorbij voordat Bonaventura het woord tot zich neemt. Alles buitelt om elkaar heen. Binnenste buiten, buitenste binnen. De tweede ring met heiligen presenteert zich aan Dante. 

Een schitterende schittering van schoonheid en fonkelingen tref je hier in dit deel van de hemel. Er ontstaat een dans van rozen, zang, gloed en weerschijn. Dit is de hemel waarin Dante is. Hij ziet en hoort het verhaal over Dominicus aan. Hoe sterk het gelijk opgaat met het verhaal van Franciscus. 

Tuinman Dominicus

'Zij strelen zij aan zij', vertelt Bonaventura. Zelfs in het heiligenleven maakt de verteller treffende vergelijkingen. De zee - 't gebeuk van golven - en de vergelijking met Gods tuin waarin Dominicus als tuinman mooi werk verzet. 

De hovenier van Christus is Dominicus in de tuin van God. De vergelijking met tuinieren zet door. Dankzij hem is het vervelende onkruid uit de tuin van God geweerd. 

Ringen en wielen

De ringen en wielen komen ook aan het einde van de canto terug. Voor Bonaventura zijn Franciscus en Dominicus de 2 wielen aan de strijdkar. Hier spreekt Bonaventura zijn zorgen uit over de mensen die snel verdwalen en de weg kwijtraken. Het spoor van de strijdwagen wordt snel veroverd door schimmels en andere dodelijke parasieten. 

Daarna somt de verteller alle mensen die zich om de heilige hebben geschaard. Een heilige ring die een goed wapen is tegen al die dodelijke en woekerende schimmels. 

de bogen buigen
alle kleuren om de zon 
hemelse molen

Literatuur

De hier gebruikte vertaling is van H.J. Boeken uit 1910. Er zijn vele vertalingen van Dantes meesterwerk in het Nederlands verschenen. Ik varieer de citaten uit de vertalingen die ik bezit in boekvorm of digitaal.

dinsdag 10 januari 2023

Chiasme: Paradijs: Canto 11

O zinnelooze kommernis der stervelingen
hoe gebrekkig zijn de sluitredenen 
die u de vleugelen doen neerslaan.
Deze joeg de jura, en die de aforismen
na, en gene streefde naar 't priesterambt
en deze wilde baasspelen met geweld of met sofistery
En die ging op roof, en gene in de politiek
en deze, van vleeschelijke lust bevangen,
matte zich af en een ander gaf zich aan lediggang over:
Terwijl ik, van alle dergelijke dingen los,
met Beatrice omhoog in den hemel was
zoo heerlijk verwelkomd. (Van Delft, Canto 11, vs 1-12)

De canti 11 en 12 vormen een 2-eenheid. Ze hebben een relatie met elkaar en wisselen in de structuur een bijzonder effect. Het staat bekend als een chiasme. De lofprijzingen voor Fransiscus en Dominicus kruisen elkaar. 

En bijzonder is dat de dominicaan Thomas van Aquino de lofprijzing doet voor Franciscus en dat de franciscaan Bonaventura van Bagnoregio de lofprijzing doet voor Dominicus. Het hoogtepunt van deze kruisvorm, maar in Dantes tijd was het gebruikelijk in Italiaanse kerken.

Insomnia

Het chiasme in de Nederlandse poëzie is vooral bekend van J.C. Bloems gedicht 'Insomnia':
Denkend aan de dood kan ik niet slapen
En niet slapend denk ik aan de dood
Dante doet iets soortgelijks. Hij verwijst in het begin naar het einde. Hij opent deze canto met het beeld van het klapperen van de vleugels. Het gaat over het geredeneer van mensen. Het brengt ze naar beneden in plaats van omhoog. Zoals een vogel doet klapperen in paniek, waarmee hij alleen maar meer naar de grond getrokken wordt.

Aardse sores

De verteller spreekt hier over zijn eigen ervaringen in het paradijs waar hij nu vertoeft. Beatrice laat hem zien dat alle aardse sores wegvallen in het hiernamaals. Geen zorgen over de dag van morgen, maar ervaren in het hier en nu. Het helpt hem om anders in het leven te staan na dit alles.

Daarna is Thomas van Aquino weer aan het woord, vanuit de kring van 12 lichtjes om de zon. Hij vertelt over het leven van de heilige Franciscus. Hij vormt met Dominicus een 2-eenheid hier in de Goddelijke komedie. Franciscus als symbool voor het loslaten van het aardse, een bewuste keuze voor armoede en de liefde voor de medemens.

de brede vleugels
van Beatrice spreiden zich
een hemels' geluk

Literatuur

De hier gebruikte vertaling is van A.J.H. van Delft uit 1921. Er zijn vele vertalingen van Dantes meesterwerk in het Nederlands verschenen. Ik varieer de citaten uit de vertalingen die ik bezit in boekvorm of digitaal.

dinsdag 3 januari 2023

Halo: Paradijs: Canto 10


’k Zag vuren om ons, in een krans gebogen,
en zoeter dan hun glans was voor ’t gezicht,
heeft hun gezang ons innerlijk bewogen.

Zoo ziet ge, als in de lucht zich ’t vocht verdicht,
soms om Latone’s kind een gordel weven,
waarvan zijzelf de draden houdt en richt.

In ’s hemels hof waaruit ’k mij heb begeven,
bevindt zich zooveel kost’lijk schoone vreugd,
dat men daarbuiten die niet kan beleven;

’t gezang dier lichten is zulk een geneugt’.
Hij, tot wiens vlucht geen vleugels kracht verleenen,
heeft op ’t verhaal eens stomme zich verheugd.

Toen zingend nu die zonnen, die daar schenen,
driemaal gedraaid zijn om ons in een kring,
als sterren gaande om vaste polen henen,

geleken ’t vrouwen, wier gedans niet ging
ten eind, die stilstaand spanden hare zinnen,
opdat elkeen de nieuwe wijze ving. (Oyen-Zeeman, canto 10, vs. 64-81)

Kijk omhoog, schrijft de verteller, en zie hoe de hemellichamen elkaar kruisen in hun tocht door de ruimte. Het is natuurlijk afhankelijk waar je staat. Soms zie je de planeten tegelijkertijd aan de hemel staan, maar wel miljoenen kilometers van elkaar. Het gezichtspunt vanaf de aarde laat ze nu tegelijk zien.

Schuine cirkel

Dante heeft het over een schuine cirkel die de planeten draagt. De banen van de planeten rond de zon waren nog niet vanzelfsprekend. Dat komt vele eeuwen later met Copernicus opmerking dat de aarde rond de zon draait en niet andersom zoals de Middeleeuwers nog denken. Ook dat is maar vanaf welk gezichtspunt je het bekijkt. Vanaf de aarde lijkt alles om de aarde te draaien.

Wel is Dante zich heel bewust van de afhankelijkheid van de planeten en met name de zon. Zij zorgt voor levenskracht. Ook vervullen zon en planeten een belangrijke rol in de hemel. Niet alleen in de hemel van Dante, ook de zintuigelijke hemel. Zo overpeinzend laat de verteller de lezer achter. Nu moet je het zelf verder maar overdenken, zegt hij. Het is net als met een maaltijd die ik heb klaargemaakt, je moet het wel zelf opeten. En ik moet weer verder.

Hogere hemelsfeer

Ik ga met hem mee. Zonder het in de gaten te hebben, is Dante een hemelsfeer verder gestegen. Die van de zon. Hij merkt op dat alles hier lichter wordt. Ook het gelaat van Beatrice gaat op in het felle zonlicht. Dante is erg dankbaar dat ze hem hier gebracht heeft. Bedank de zon van de Engelen, God, maar dat hij je hier gebracht heeft bij de stoffelijke zon. Als hij dat doet, gaat hij zo op in zijn dankbaarheid voor God dat hij Beatrice helemaal vergeet.

Dante ziet iets bijzonders gebeuren, er komt een halo om de zon van verlichte geesten. Hij vergelijkt het met een halo rond de maan als het mistig is - de lucht zwanger van damp. Zo versterkt het licht van de geesten die hem tegemoet komen de krachtige zon. Het zal ongetwijfeld met het normale mensenoog niet te zien zijn. Dat geldt voor meer dingen, zoals  edelstenen of het wonderschone gezang dat Dante hoort. Je zou het wel willen meenemen naar de aarde, maar het is zo mooi dat dit onmogelijk kan.

Lichten rond de zon

De lichten rond de zon stellen zich voor aan Dante. Het is de beroemde kerkgeleerde Thomas van Aquino. Nog altijd een zeer bekende Middeleeuwse denker. Hij is nog niet zo heel veel jaren dood als Dante hem hier tegenkomt. In zijn gezelschap zijn 11 andere helden, waaronder Aquino's leermeester Albertus van Keulen. Daarna stelt hem Dante voor aan de anderen. Veel 12e eeuwse geleerden, maar ook Boëthius, Isidorus, Dionysius de Areopagiet en zelfs koning Salomo.

de zon spint zwakjes
planeten draden van licht
een krans van helden

Literatuur

De geciteerde vertaling is van Betsy van Oyen-Zeeman uit 1932. Er zijn vele vertalingen van Dantes meesterwerk in het Nederlands verschenen. Afwisselend haal ik er 1 uit deze trits vertalingen.

Terugblik: Paradijs: Canto 22

Ik blikte omlaag door alle zeven sferen, en toen ik de aardbol zag heel in de diepte, zo klein en zo gering, glimlachte ik even. En loof ik ...